Mevr. ADHD-de trigger, 19 januari 2012
02-08-2012 17:12
Na een periode van ziekte, ga ik graag weer naar de groep en vervolg mijn therapie.Schema’s hebben zich opgestapeld en willen aandacht.
Ik nader mijn groepsleden, allemaal hangend aan de immer klevende lippen van mevr. ADHD. Ieder op zijn eigen wijze in de ban van… Geen idee, het onderwerp, de indringende manier van praten, een schijnbaar afgedwongen lotsverbondenheid, de veilige afwezigheid van stilte? Het kan van alles zijn. Maar het vervult voor ieder een zekere functie van belang. Misschien zelfs voor mij.
Mijn aanwezigheid lijkt niet opgemerkt te worden en er wordt mij geen gedag gezegd. Na mijn afwezigheid verwacht ik een zeker teken van ‘welkom terug’. Niets daarvan. Ik ga zitten en distantieer mij van deze kluwen aan massagedrag. Een koude waterstraal loopt vanaf mijn kruin naar mijn schoenen. Ik ben er weer.
Het is tijd en de sessie begint. Een aantal mensen heeft veel tijd nodig voor hun weekendbespreking. Terecht overigens. Als een na laatste ben ik aan de beurt. Ik heb ook nogal wat te vertellen en mijn stressniveau is hoog, maar ik kom er goed uit en laat weten dat ik trots ben over bepaald gedrag van mijzelf. Het wordt bevestigd. Tot slot laat ik nog weten, dat ik mijn komst in de groep als een koude douche heb ervaren, maar goed dat is iets voor een schema, voeg ik eraan toe.
In de doelengroep kies ik voor mezelf om in beweging te komen in de vorm van zwemmen en wandelen. Een grote stap. Een moeilijk doel.
De volgende dag wordt het mij duidelijk in welk immens niemandsland ik me bevind, na een contactmoment met mijn ex-behandelaar. Ik leg me op, om haar niet meer bij mijn leven te betrekken. Ik moet loskomen van haar, om echt in staat te zijn hulp te vragen en te kunnen aannemen van mijn huidige behandelaars.
Woensdagmorgen. Creatieve therapie. Ik heb geen zin sinds het ijskoude weerzien met mijn groepsleden gisteren. Langzaam loop ik door de gang. Komt mevr. ADHD me achterop. Ze zegt iets vaags. Iets dat niets met goedemorgen zeggen van doen heeft, en stormt me voorbij. In het lokaal benadert ze onmiddellijk de meest ‘pittige jongedame’ en brandt los. Ze is zo vreselijk druk in haar hoofd, want ze heeft andere medicatie van de arts gekregen, bla, bla, bla…. Nou, in elk geval niet alleen druk in haar hoofd. Ze wordt gek van zichzelf. Blijft het daar nou maar bij.
Overdonderd door ongewenst geluid, vliegt mijn stressniveau omhoog. Lamgeslagen en met een trieste blik kijk ik naar haar. ‘Dit komt vandaag niet goed’, denk ik. Ik ben te kwetsbaar. We krijgen de opdracht om ons meest voorkomende modus vorm te geven. Ik weet ’t meteen: mijn bed tekenen, mijn Beschermer. Dan blijkt, dat er iets meer verwacht wordt, we krijgen twee sessies om de betreffende modus uit te beelden.
Mevr. A…laat ons voortdurend weten wat ze denkt, wat haar associaties daarbij zijn, en, en… Als ze dan ook weer eens met totaal niet terzake doende vragen komt, zijn bij mij de rapen gaar. Verdriet komt omhoog. Mijn KK wordt in een hoek geduwd en met mijn rug tegen de muur doe ik nog enkele pogingen om mezelf te verstaan. Doelloos loop ik door het lokaal. Ik wil klei en spijkers. Goed idee, maar ik kan niet kleien. Gisteravond brandde ik mijn hand. Er zit gaas op. Ik wil weg. God, wat wil ik graag weg en nooit meer terugkomen. Ik probeer nog de aandacht te vragen van de therapeute. Draal een poosje in haar buurt rond, maar ze is voortdurend met iemand bezig. Het lukt me niet. Ik kan haar niet bereiken. Er knapt iets in mij. Er is nog maar heel weinig voor nodig om door het lint te gaan. ‘Ja, vluchten is beter’, denk ik. Voor iemand het in de gaten heeft ben ik weg. Ik loop naar de kapstok, pak mijn jas en tas en zeg in het algemeen:’Ik ga’, en dat doe ik. De therapeute roept naar me. Ik wil wel met haar praten, maar niet in het lokaal.
Mijn dijken breken door en ik huil en huil en snik en huil en voel me vreselijk verdrietig. Mijn schema’s Sociaal Isolement en Emotionele geremdheid hebben me te pakken. Er is geen ruimte voor mij en ik kan geen aandacht vragen! Er vindt een goed gesprek plaats op de gang en ik wissel een beetje van modus. Zie mogelijkheden om binnen verder te gaan en dan weer niet. Ik stel voor om naar onze verblijfsruimte terug te gaan en een gesprek met mijn pb’er te vragen. Om samen een schema te maken. Zo gezegd, zo op weg.
Ik nader de parkeerplaats en neem gas terug. Zie het risico van de mogelijkheid niet terecht kunnen voor een gesprek, en geef gas. Nee, dat niet! Liever naar huis. Maar ik wil ook geen gezinsleden tegenkomen. Ik kan nergens terecht.
Ik rijd een paar uur rond en sta af en toe een poosje stil op een parkeerplaats. Zo ook op de parkeerplaats tussen Nancy en Francien. Lief heeft vanmiddag een afspraak, maar ik weet niet hoe laat ze vertrekt. Eenmaal weer een plaats verder, bel ik naar huis en er wordt niet opgenomen. De kust is veilig.
Thuisgekomen, beslis ik om nooit meer uit mijn Beschermer te stappen. Het is het niet waard.