Compensatie, 26 maart 2012

03-08-2012 19:43

Mijn moeder oogstte weinig respect en warmte binnen het gezin. We bekten haar af, omdat ze altijd zo stom en egoïstisch was en deed. Het enige waarmee ze ons (de kinderen) een glimlach wist te ontlokken, was met snoep en koek. Zelfs mijn vader greep nooit mis in de bus met bananenschuimpjes. Zíjn lekkernij als extra toetje na de warme maaltijd. Ze was op haar best, op dit soort momenten.

We boften. Het was een tijd van oprukkende nieuwigheden, dat gold dus ook voor heel veel lekkernijen. Het leek alsof er wekelijks nieuwe rollen, repen en plakken lekkers bijkwamen. Alles wat nieuw in de schappen bij de Kijkgrijp lag moest ze kopen, voor ons; zoveel liefde kwam ze tekort.

 

Het doet erg veel pijn, om te schrijven, dat ze niet veel méér dan dát te bieden had. Ik maakte er graag misbruik van als kind, in plaats van een inzichtgevend gesprek te beginnen. Mijn antennes waren feilloos afgestemd op de gemoedstoestanden en beweegredenen van mijn gezinsleden en ik wist. Ik wist gewoon… Dus ik anticipeerde, waar ik maar kon, om mijn leven leefbaar te houden en iets van troost te ervaren.

Niet moeilijk te raden dus, dat ik een eetverslaving ontwikkelde. De eerste verslaving van een flinke rij. Ik werd alsmaar dikker, door al het lekkers dat mijn moeder mij aanbood. Tegelijkertijd liet zij mij op (onbewust) pijnlijke wijze weten, dat ik te dik werd. Ik moest ineens op dieet. Ik zelf had geen enkele moeite met mijn omvang en afnemende conditie. Dus ongemotiveerd naar een diëtiste. Moest ik ineens rauwe wortelen gaan eten, nou daar vond ik weinig troost bij. Dat had tot gevolg dat mijn zakgeld vanaf dat moment, op ging aan rollen rang, stophoest en kandijsuiker. Op school verstopte ik het in mijn kastje en zat de hele dag te snoepen. Daarna weer aan de wortelen en sla, quasi gemotiveerd.

Raar, maar ik viel niet af, dus hoefde ik niet meer naar de diëtiste. De eenvoudige milky way, was inmiddels vervangen door de mars en de nuts. De zelfgebakken zandkoekjes door bastognes, gevulde koeken en stroopwafels.

Mijn omvang, waar ik nog steeds geen problemen mee had, veroorzaakte wel een nieuw probleem. Kleding. Ma sleepte mij vervolgens naar een heuse naaister. Wat was dat erg! Er was net een nieuwe stof op de markt: trevira. Dat rekte ook zo lekker mee. De ene saaie jurk volgde op de andere. Het verschil: de kleur (altijd effen), een naadje hier of daar en soms een ander soort kraagje.

Maar het allerergste was voor mij: de maat nemen. Dat was natuurlijk aanleiding om te praten over mij en mijn bollingen en uitstulpingen. En dat het wel zou minderen in de pubertijd. Iets waar ik nooit een sikkepit van begrepen heb. Rond mijn twaalfde jaar woog ik vijfentachtig kilo.

Mijn zelfbewustzijn groeide intussen met mijn omvang mee. Ik merkte op, dat vooral volwassenen over mijn uiterlijk praatten. Onbewust ving ik heel veel negatieve info op en ik ging erin geloven.

 

Maar mijn troost dan? Moest ik dat dan zomaar opgeven? Nee hoor, geen sprake van.

Het was thuis een ware hel. Broer uit huis, wat betekende dat mijn moeder steeds meer en heviger mishandeld werd, en ik had geen eigen leven. Mijn moeder die mij mijn hele leven al had geclaimd, ging me nu vragen om thuis te blijven omdat ze bang was om met mijn vader alleen te zijn. Dus bleef ik thuis. En als ik eens ging, waartoe ik werd aangemoedigd door mijn vader met de woorden:‘Anders krijg je nooit een vent’, was ik een bonk stress. Mijn maag en darmen waren zeer pijnlijk verkrampt. Ook dit was een hel.

 

Ik zat op de Middelbare school en werd overvallen door een hevige verliefdheid op een leraar, die mij bijna alles deed vergeten.  Het werd mijn troost en ik had geen behoefte meer aan snoep. Ik viel af, in een rap tempo raakte Ik vijfendertig kilo kwijt. En ik werd anorectisch. Toen nog nauwelijks bekent. Het beheerste mijn leven volledig; ik kreeg de touwtjes in handen, dacht ik. De botten staken zichtbaar af en dat voelde goed. Het werd een obsessie.

Het zit ook nu nog steeds in mijn hoofd, maar ik geef er geen gehoor meer aan. Sinds het begin van de overgang. Het is goed, ik eet me liever dood, dan me opnieuw uit te leveren aan een idee-fixe.

 

Ter compensatie zegt de dood mij nu dat mijn botten weer vanzelf tevoorschijn komen, na mijn overgang.